donderdag 23 december 2010

Sneeuwerigheid op de Hoge Veluwe

Omdat sneeuw landschappen we weinig in beroering kunnen brengen zit ik op de Hoge Veluwe. Het is strak wit; het wit-der witten op sommige plaatsen (zoals Karin ‘t noemt). Ik wil vanmiddag ontdekken of dit me kan opwinden. Waarom in godsnaam? Omdat iedereen om me heen in een  soort van euforische toestand raakt. Sneeuw roept iets op. Maar wat? IK ga op zoek.

Het begint al goed, ik verzamel moed in het Kroller Muller museum. Een kleine expo waarbij het landschap centraal staat trekt mijn aandacht doordat er briefjes met meningen zijn opgehangen. Iedereen heeft een mening, dus ook over de werken die hier hangen. Vooral kinderen geven een onbevangen mening, zodra het handschrift volwassen wordt verandert ook de mening. Van “Ik weet niet wat het is. Maar wel mooi” tot “Dit is geen kunst, maar baggerwerk. Jammer dat hier voor betaald is” (een werk van Anslem Kiefer (Johannisnacht). De kunstenaar krijgt ook goede raad: “misschien een andere kleur” of “het is wel grijs”.

Al met al laat ik me gemakkelijk afleiden van mijn queeste: de aantrekkingskracht van sneeuw. Ook nog even de beeldentuin in. De eerste foto’s met sneeuw Mocello Mocherini (Ritrotta di Franca), Henry Moore (Animal Head); wat me interesseert is het beeld met sneeuw. Het straalt geen gezelligheid uit, maar kilte. Net als het beeld van Oswald Wenckebach (Monsieur Jacques). Door de sneeuw verandert zijn hooghartige zomerse uitstraling in iets van zieligheid; soort van dakloosheid in de sneeuw. Kijk, dat wordt interessanter. Een kluitje fietsen of het spoor door de kleur van een stoplicht in combinatie met het geel van de trein (die niet tegen de sneeuw kan).

Ik besluit door te rijden naar het jachtslot St. Hubertus. Grijze aanblik; leuk is de ijsbaan. Jong en iets ouder trekt baantjes over het ijs (zo heet dat toch?). Foto. Opwinding nog niet gevoeld. Eerder een soort van verplichting, een foto moet (zoiets). Rij gauw verder door het landschap. Hier en daar is de sneeuw smoezelig geworden. Afwisselend witte bomen en witte vlakten. Eenzaamheid troef, niemand te zien en dat is wel opvallend anders dan op een zomerse dag! Is het romantisch? Ik kan me dat wel enigszins voorstellen, maar door hier alleen rond te rijden is er van enige vorm van romantiek geen sprake. Ook geen euforie.

Koffietijd.

 

De Koperen Kop wordt bevolkt door stoere wandelaars met sneeuwlaarzen en mutsen. Erg rustig ook. Ik vind het welletjes. Ga terug naar Apeldoorn.

Erg opwindend was het niet. Wel lekker glij-erig, ondanks de winterbanden. En toch een paar foto’s.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten