zaterdag 12 maart 2011

Musea-maart

Maart is nog jong. Nog niet eens op de helft en de eerste musea heb ik al bezocht. En niet de minsten van ons  land! Het Stedelijk in Amsterdam, Het Gemeentemuseum & het Fotomuseum in De Haag en het COBRA Museum Amstelveen.
Het Stedelijk Museum in Amsterdam is een onaf museum. Gelukkig worden er in de gerenoveerde oudbouw wer exposities georganiseerd; “The Temporary Stedelijk 2” is vervolg op “(…) 1”. Nu staat de eigen collectie centraal. Werk van Fiona Tan, Bruce Nauman, Donald Judd, Willem de Kooning, Malevitsj, Mondriaan zijn een paar van de bekende namen die weer hangen & staan. Ook de TV- Buddha van Nam June Paik is opgenomen in “TV as”, een expositie over videokunst en de rol van de televisie. In “Recollections” staan twee beroemde en beruchte exposities uit begin van de zestiger jaren centraal: “Bewogen beweging” (1961) en “Dylaby” (1962). Werk van Jean Tinguely, Niki de St. Phalle, Alexander Calder. En als kers op de museum-taart: twee films van Ed van der Elsken, reportages van de oorspronkelijke exposities.  Werk van Van der Elsken vind ik altijd weer mooi om te zien! Bovendien wordt Recollections begeleid door overzichten van de recensies, bonnetjes van aangekocht materiaal: Tinguely doet boodschappen bij de Bijenkorf en declareert 40 gulden (!). En dan de beoordeling door de nationale pers! Uit alles blijkt, dat de omslag in de kunst hier nog in de kinderschoenen staat. “Na de ingetogen borrel met eenvoudige hapjes gaat het museum weer doen wat het wil: mensen blij maken (!) en ………”.
Het is ook een dynamische expositie, na verloop van tijd werken vervangen worden door andere. De roulerende collectie van het Stedelijk.

En kunstboekhandelaar Franz König heeft een tijdelijk filiaal geopend in het Stedelijk! O verleiding, o kunst om niet te kopen! Prachtig!
“O, een cappucino….”, “nee, het is koffie verkeerd”, “sorry. ik ben groen hier….” In het cafe van het Haags Gemeentemuseum is het rustig. Alleen een paar dames van zekere leeftijd bespreken hoorbaar hun ziektekostenverzekeringen. Echt een museaal onderwerp!
Ik ben hier vooral voor de expositie van Laszlo Moholy-Nagy, “de kunst van het licht”. “Kunst betreft de meest omvattende , bruisende en beschaafde vorm van menselijk handelen. Dus is het biologische noodzaak. Kunst brengt het beste in de mens boven door middel van een verdichte expressie bestaande uit een veelvoud van belevingen”. Met dit citaat ga ik de expositie binnen.
Laszlo Moholy-Nagy was veelzijdig. Kunstenaar, criticus, denker, leraar; maakte reclames, films en experimenteerde met de mogelijkheden an uiteenlopende media; stichtte een opleiding in Amerika (The School of Design). Ook een zwerver, die na WO I door Europa zwierf en uiteindelijk in Chicago terecht kwam en daar overleed, In 1946.
In de expositie zijn meer dan 160 voorwerpen opgenomen, waarin zijn theorie over de kunst van het licht en de uitwerking daarvan de leidraad is. Aangevuld met Nederlandse geestverwanten als Mondriaan en Piet Zwart.
En het Haags Fotomuseum heeft Julian Schnabel binnengehaald. Met een serie enorme polaroids, gemaakt met een polaroidcamera zo groot als een koelkast! En dat is wel veel van het goeie in een zaal!

En als laatste in de serie ook nog in gestrekte draf naar het COBRA Museum in Amstelveen. En dat kwam zo.
"Patria o Libertad",  daar ging het mij om. Over vaderlandsliefde, immigratie en hedendaags populisme.  Citaat van de website: "Voordat Castro in Cuba aan het bewind kwam hadden de munten een afbeelding van de Cubaanse nationale held José Marti met de inscriptie ‘Vaderland en Vrijheid’; Fidel Castro veranderde de spreuk in ‘Vaderland of Dood’. Misschien staan we vandaag de dag voor de keuze ‘Vaderland of Vrijheid’: ¡Patria o Libertad!"
En als ik iets over Castro lees, ben ik een en al aandacht. 
Deze toelichting en het feit dat er kunstenaars uit ondermeer Cuba deelnemen was voor mij voldoende reden om te gaan. Misschien krijg ik extra materiaal voor mijn eigen Cuba- story? Dat lukte niet helemaal, maar wel wat beelden uit de video's die ik kan gaan gebruiken. DAT KOMT NOG TERUG!!

Is het nou allemaal de moeite waard geweest,  mijn run langs deze musea.
Ja & nee!
Jazeker, omdat Stedelijk Museum voor mij altijd een genot is om te verblijven. De "Recollection" laat zien wat een museum volgens mij hoort te doen: blij maken en schokken. Het werk uit de collectie is mijn eigen feestje van herkenning en ook nostalgie. Werken die 40 jaar geleden mijn eerste kennismaking waren met de moderne kunst in het echt.
Laszlo is meer dan de moeite waard, niet alleen door het fotografische werk, maar juist door de veelzijdigheid die over je heenbruist als een vloedgolf van experimeteerdrift en vernieuwing. 

Schnabel is een ander verhaal. Er zit prachtig werk tussen, maar ook dingen waar ik weinig mee kan beginnen (de overgeschilderde polaroids en de polaroids die gemaakt zijn van foto’s van Franse psychiatrische patienten). Dat is werk wat mij niets doet, wat ik in sommige gavellen niet mooi vind en het toevoegen van verf niets extra's doet.

zaterdag 15 januari 2011

Van Abbe

“Goeiemorgen”, klinkt het in de grote hal. Ik voel me direct welkom! Persoonlijke aandacht is een positieve stimulans; niks nieuws natuurlijk. Ook het intentie- experiment van Karin (waarbij rijstpotten met een verschillende intentie werden toegesproken) in november 2010 liet dat al zien. Is ook beschreven in een van m’n blogjes. Kortom, ik kom prettig binnen!

Van Abbemuseum laat prachtige dingen zien! Twee zalen met aankopen uit de geschiedenis van het museum. En dat niet alleen, bij ieder werk ligt een map en in die map zit het extraatje verborgen. Bladerend door de map ontdek je de aankoopgeschiedenis van het werk. De facturen, de correspondentie, de verzekeringshistorie! Het laat zien wat er moet gebeuren voor het aan de muur van het museum hangt. En dat is fascinerend, niet alleen omdat je de waarde in rap tempo ziet stijgen.

Maar mijn echte verrukking gaat naar Lissitzky! ‘De overwinning op de zon’, zijn futuristische opera die in 1913 voor het eerst in St. Petersburg werd opgevoerd. De expo van zijn werk is opgebouwd rond deze opera. Nou heb ik een zwak voor de oude communisten en Lissitzky past daarbij. Van kunstenaar die nabootst tot architect die construeert wat voor de samenleving belangrijk is. In de visie van Lissitzky is de architect de belangrijkste vormgever. Je ziet dat terug is zijn eigen constructies.
Het was een reislustig typ, had contacten door heel Europa. Werkte samen met Theo van Doesburg, Malevitsj, Hans Arp. Eigenlijk met iedereen die in die tijd van vernieuwing toe deed. Veelzijdig ook. Fotograaf, schilder, architect, grafisch vormgever.

Als ik probeer te omschrijven waarin de ontroering zit, dan rol ik bijna vanzelf naar het grensverleggende karakter van die periode. De eerste 30 jaar van de vorige eeuw. Ook in Rusland (dat zou uitgroeien tot de Sovjet-Unie); er heerste een klimaat dat het voor kunstenaars mogelijk maakte op ontdekkingsreis te gaan naar nieuwe vormen. Het suprematisme, het dadaisme, De Stijl alles komt in deze periode samen en beinvloedt elkaar. In de latere Sovjet-Unie is dat uiteindelijk danig in het gedrang gekomen en resoluut de kop ingedrukt. In de eerste jaren na de revolutie kon het nog en Lissitzky en zijn companen laten dat zien. Ik zie het als een periode waarin de ruimte is gemaakt die uiteindelijk COBRA, Fluxus en alle andere ontwikkelingen heeft mogelijk gemaakt.

Het is verleidelijk om dat te toetsen aan 2011. komt misschien nog wel.

De foto´s dwalen door het museum. De foto van Ayaan Hirschi Ali is uit de videoprojectie van Lidwien van de Ven (Freedom of Expression, de persconferentie naar aanleiding van het verzoek om beveiliging). De foto van de mevrouw met hondje is ook van Lidwien. Het beeld is gerelateerd aan gebeurtenissen die de vorige plaatsvonden: uitgebrande auto’s, een soldaat, een kapot hek. Het verwijst naar een bomaanslag.
Verder werk van Lissitzky en van de nieuwbouw van het museum.

Airport Eindhoven

in haar zwarte jas en dito capuchon ziet ze er kouwelijk uit. Ze draagt camellaarzen met bont dat nieuw afsteekt tegen het zwart van haar kleding. Ze staat te kijken naar de vliegtuigen die komen en gaan. Verwacht ze iemand? Wil ze iemand uitzwaaien? Even sta ik naast haar en zie haar koolzwarte ogen. We kijken elkaar aan, zonder op elkaar te reageren. Ze loopt langs het geluidsscherm van het Panoramaterras heen en weer. Niet onrustig; kalm. Af en toe staat z enige tijd stil om zich te concentreren op de drukte rond de vliegtuigen.

Het is druk tussen kwart voor negen en half tien. De machines van Ryanair komen en gaan. Een enkel Transavia- toestel maakt zich schielijk uit de voeten naar een volgende bestemming. En na half tien valt er een stilte op het platform. De spits van vanochtend is voorbij.

De dame-in-het-zwart heeft haar missie volbracht en vertrekt.

Verkleumd van het terras drink ik koffie in het uitzinnig grote cafe. Slechts een handvol reizigers of ander volk houdt zonder het te weten mij hier gezelschap.

Ieder luchthaven geeft zijn eigen fascinatie prijs. Op Schiphol straalt iedere vezel internationaliteit uit. Hier is het knusser en overzichtelijker. Het zou de terminal van een groot bus- of treinstation kunnen zijn. Het moet ook internationaal zijn, maar je ziet het er nauwelijks aan af. Een regionale luchthaven, een soort uit zijn krachten gegroeid Vliegveld Teuge, zeg maar.

_DSC1572

maandag 10 januari 2011

Stedelijk op 8 januari 2011

“En dan die meneer Bos.. (pauze)..; valt tegen daar.. (pauze).. je krijgt niet veel.. (langere pauze).. ‘t is gewoon weinig.. (pauze nog iets langer).. en ‘t is niet lekker ook nog.. (pauze).. en ‘t kost teveel”
Twee mannen. De ene middelbaar en de ander nog aan het begin van z’n leven; de ene met een keppeltje en de ander met een petje. Amsterdam, zaterdagmiddag; op de grens van droog en regen.

Op weg naar het Stedelijk, ben ik. Loop over het fietspad langs de afgesloten kant van het Rijksmuseum. Voor mij staan een paar toeristen nat gebogen over een plattegrond. Luid getoeter. Een invalidenautootje stopt vlak achter hen. Niets in de gaten zo geconcentreerd. Het getoeter houdt aan. Het autootje wil daar langs! Niets in de gaten. Eigenlijk zou ik hen moeten attenderen op het autootje achter hen; zij staan tenslotte wel op het fietspad, het legale domein van het autootje. Ik doe het niet; nieuwsgierig naar hoe dit verder gaat. Hoe lang zal het autootje blijven wachten en toeteren? Zal hij hen uiteindelijk toch omzeilen? De vragen blijven hangen in de regen, omdat het getoeter wordt gehoord. De toeristen gaan aan de kant en het autootje vervolgt – mopperend – zijn weg.

Koffie met wortel-citroentaart. Ik zit in het Tijdelijke cafe van het Stedelijk Museum met op de ene muur een schildering van Appel en aan de andere kant werk van Lawrence Weiner. Alles ademt nog de sfeer van tijdelijkheid; de expositie, het cafe, de zalen. Met een grote T.
Thuiskomen, dat is het belangrijkste gevoel van dit moment. De grote monumentale trap centraal, de wand met de posters van exposities. De afgelopen 40 jaar was ik hier zo vaak! Heb in het “oude” Stedelijk zo veel mooie dingen gezien en toen ging het dicht voor een eindeloze restauratie en uitbreiding. En nog is het niet klaar. Alleen de oud-bouw is tijdelijk open, de nieuwbouw is nog lang niet klaar.

_DSC1562

Ik ben thuis, het gevoel overweldigt me!

Het pluimage is – zoals altijd – verschillend. Van lage kruis-broeken tot bijna chique; jong en oud. Naast mij lepelt een jonge vrouw haar ruikbaar gekruide tomatensoep. Na verloop van tijd neemt haar vriend de lepel over. Het zijn grote kommen.

Vanmiddag dwalen door de bekende zalen, sommigen geven ruimte aan de exposities ‘Taking Place’, waarin ruimtelijkheid & tijdelijkheid de hoofdrol spelen en ‘monumentalisme’ (geschiedenis en nationale identiteit in hedendaagse kunst/voorstellen kunstaankopen 2010).
Andere zalen zijn nog leeg en smetteloos wit, soms alleen gekleurd door licht of geluid. Het is een genot om weer door het museum te lopen. Er is beweging, mensen lopen rond of staan stil. Sommige installaties nodigen uit tot fotograferen. Het museum leeft weer een beetje!

In het fotoalbum ligt daar de nadruk en op de nieuwbouw.

De medewerksters van de balie zijn blij dat ‘t weer open is. “‘t Heeft te lang geduurd”, zeg ik; ze kijken me aan “het gaat zoals het gaat”.
Na morgen gaat het museum weer op slot tot maart. Dan is er weer een nieuwe expositie.

Als het wegga staat er een kleine rij voor de ingang. Een naar buiten = een naar binnen. Het aantal mensen dat tegelijk binnen mag zijn is nog beperkt.